Zedeninspecteur voor het Zorgcentrum na Seksueel Geweld (ZSG)

De cursist:

? Kent de conventie van Istanbul

? Begrijpt de behoeften van een slachtoffer van seksueel geweld en kent het model van de holistisch zorg

? Kent het ontstaan en de ontwikkeling van het Belgisch model van de ZSG

? Kent de basisprincipes van de werking van een ZSG

? Kent de partners van het ZSG en de rol van het Instituut als nationale coördinator

? Is in staat het gedeeld beroepsgeheim toe te passen bij de uitoefening van zijn rol in het ZSG

? Is in staat om de samenwerkingsprotocollen naar behoren uit te voeren

? Kent de verwachtingen van het parket (m.i.v. betrokken richtlijnen)

? Kent de actiemogelijkheden van het parket

? Kent het handelingsplan van de zedeninspecteur

? Kent de organisatie ZSG en weet wat er van hem/haar verwacht wordt als zedeninspecteur

? Kent de diverse juridische aspecten van deze materie

? De zedeninspecteur kan omgaan met seksualiteit

? Kan verkrachtingsmythes herkennen en kan ermee rekening houden in de interactie met het slachtoffer

? Kan omgaan met valse aangiften.

? Is in staat coping-strategieën ter preventie van secundaire traumatisering toe te passen

? Heeft een grondige kennis omtrent het forensisch stappenplan en de impact van een forensisch onderzoek op het slachtoffer

? Kent het handelingsplan van de forensisch verpleegkundige

? Heeft kennis over de verschillende sporen en de mogelijkheden van DNA-analyse op deze sporen.

? Heeft kennis van de gevolgen van intoxicatie op seksueel geweld

? Kan op gepaste wijze omgaan met slachtoffers van seksueel geweld die onder invloed zijn van drugs/alcohol

? Heeft kennis over het begrip ViCLAS

? Heeft kennis over de mogelijkheden voor verder onderzoek op gebied van sociale media, ICT-apparatuur en kan sporen vrijwaren

? De zedeninspecteur kent de mogelijkheden en beperkingen om daders te identificeren via profielen op sociale media

? De zedeninspecteur kan spoorbewust optreden zodat informatie op GSM, smartphone, tablet, of computers niet verloren gaat of aangetast wordt.

? De zedeninspecteur kent de procedures die ondernomen kunnen worden bij wraakporno (klachtneerlegging bij het Instituut, beelden van internet verwijderen, etc.)

? Kent de inhoud van een volledig en correct proces-verbaal, weet wat een juiste dossieropbouw inhoudt en kan dit toepassen.

? Kan de juiste documenten opstellen

? Weet wat er van hem/haar verwacht wordt in het ZSG

? Kan in verschillende situaties de procedures correct toepassen en de beschikbare informatie omzetten in een correct proces-verbaal

? Kan een volledig verhoor correct en nauwkeurig noteren en kan een volledig proces-verbaal opstellen en de bijhorende documenten genereren.

? Heeft kennis van de specifieke noden van kwetsbare groepen in geval van seksueel geweld.

? Is in staat de zorg voor slachtoffers van seksueel geweld uit kwetsbare groepen en in bijzondere contexten aan te passen aan hun desbetreffende noden

? Kent de basisprincipes van het TAM-verhoor en de verschillen met het gefilmd verhoor op het ZSG

? Kan omgaan met de begeleiders van minderjarige en kwetsbare slachtoffers

? Begrijpt de psychische gevolgen van seksueel geweld op het slachtoffer en zijn omgeving

? Kent de geschikte gespreks- en verhoortechnieken voor het verhoor van volwassen slachtoffers van zedendelicten en kan deze toepassen.

? Kan inspelen op uiteenlopende situaties waarbij de omgang met het slachtoffer centraal staat

? Kan reflecteren over het verloop van een verhoor

? Is in staat coping-strategieën ter preventie van secundaire traumatisering toe te passen